zuivel

Voor zuivel  moet een koe ieder jaar een kalfje krijgen om de melkproductie op gang te houden. De helft van de kalfjes zijn stiertjes. Stieren geven geen melk en daar werden deze koeien juist op gefokt, op het geven van veel melk. Alle kalfjes worden bij de geboorte bij de moederkoe weggehaald, want de boer wil alle melk verkopen. Het is altijd een dramatische gebeurtenis voor koe en kalf als ze uit elkaar worden gehaald. Het kalf komt dan apart te staan. Omdat een kalf een enorme zuigbehoefte heeft, ze wil bij haar moeder melk drinken, mag ze niet bij andere kalfjes staan omdat ze dan aan elkaar gaan sabbelen en zelfs elkaars urine gaan drinken. De stiertjes en de helft van de koekalfjes worden na 2 maanden naar een kalvermesterij gebracht. Na een half jaar gaan ze naar het slachthuis.

Sommige kalfjes worden direct naar het slachthuis gebracht zodat ze uit hun maag een stremsel halen voor de kaasproductie.

Sommige koekalfjes moeten de melkkoeien vervangen. Deze zijn na een zwaar bestaan, van wel 10000 liter melk per jaar geven [gelijk aan 8 maanden hardlopen!], al na 5-6 jaar uitgeput. Ze krijgen gezondheidsproblemen en geven minder melk. Dan wacht haar de weg naar het slachthuis.

Voor melk van andere soorten dieren zoals geiten en schapen geldt een soortgelijk verhaal.

Mensen zijn de enige diersoort die babyvoedsel, melk, van een ander dier drinken!

Kijk voor meer info over zuivel op www.zuiveloffline.nl

Foto CIWF